ASTM D1238 Bepaling van de Melt Flow Rate op kunststoffen
ASTM D1238 beschrijft de bepaling van de melt flow rate (melt mass-flow rate (MFR), melt volume-flow rate (MVR) en flow rate ratio (FRR)) op een ongevulde of gevulde gesmolten thermoplastische massa. Bijkomende vereisten voor metingen op PVC compounds zijn beschreven in ASTM D3364.
De laatste versie van de norm ASTM D1238:2023 standaard testmethode voor Melt Flow Rates op thermoplasten met een extrusieplastometer werd gepubliceerd in februari en definieert het gebruik van krachtgestuurde extrusieplastometers voor de bepaling van Melt Mass Flow Rate (MFR) en Melt Volume Flow Rate (MVR). In deze nieuwe uitgave biedt ASTM D1238 nieuwe mogelijkheden voor sturing en automatisering, vooral tijdens de voorverwarmfase. Het testproces wordt zo aanzienlijk vereenvoudigd voor de gebruiker en het labopersoneel. De ZwickRoell Aflow is een extrusieplastometer die al voorbereid is voor deze nieuwe mogelijkheden.
Doel van de test Testmethoden A tot D Update norm ASTM D1238:2023 Testuitrusting ASTM D1238 VS.ISO 1133 ASTM D1238 PVC MFR voor PET Downloads
Doel en nut van de melt flow rate bepaling ASTM D1238
Het bepalen van flow rates vormt een snelle en makkelijke methode om reologische eigenschappen van een gesmolten polymeermassa te bepalen bij bepaalde temperaturen.
In tegenstelling tot een reometer, gebeurt de meting onder constante belasting en dus een grotendeels constante afschuifspanning. De snelheid waarmee de massa geëxtrudeerd wordt doorheen een standaard matrijs wordt bepaald door de viscositeit van de polymeersmelt. De afschuifsnelheid is bij deze methode gewoonlijk veel kleiner dan bij spuitgieten. Toch levert de methode goede mogelijkheden voor vergelijking, aangezien ze vooral gebruikt wordt bij kwaliteitscontrole. Met methode D kunnen meerdere metingen gebruikt worden om verschillende punten te bepalen op een schijnbare viscositeitscurve. Deze metingen worden voorgesteld als quotiënten van de MFR waarden bij verschillende belastingen.
Voor polymeersmelten met homogene densiteitsverdeling, ongevulde polymeren in het bijzonder, is het mogelijk de MVR waarde (cm³/10 min) om te rekenen in een MFR value (g/10 min). Dit is mogelijk als de smeltdensiteit bij de testtemperatuur gekend is. Door combinatie van methoden A en B kan de densiteit van een polymeersmelt met een goede nauwkeurigheid bepaald worden.
ASTM D1238 methode A: MFR meting
Methode A volgens ASTM D1238 voor meting van de MFR waarde is ideaal voor individuele tests met relatief lage gevraagde testfrequentie.
- Bij methode A wordt het extrudaat bij constante intervallen afgesneden en gewogen met een analytische weegschaal.
- De meting wordt uitgevoerd met een genormeerde matrijs, 8 mm hoog en voorzien van een boring met een diameter van 2,095 mm.
- Het initiële gewicht van het te testen polymeer ligt tussen 2,5 g en 8,0 g, afhankelijk van de verwachte flow rate.
- Het startpunt van de meting ligt bij een zuigerpositie van 46 ± 2 mm boven de matrijs en een voorverwarmtijd van 7 ± 0.5 min. Tijdens de laatste twee minuten voor het starten van de test, mag geen bijkomende kracht uitgeoefend worden op de zuiger.
- Het gebruikte tijdsinterval voor de meting is ook afhankelijk van de gemeten flow rate. Het varieert van 6 minuten voor lage flow rates tot 15 seconden voor flow rates hoger dan 25 g/10 min.
- Het testresultaat is de geëxtrudeerde massa per tijdseenheid, uitgedrukt in g/10 min.
- Tijdens de hele testprocedure moet een operator aanwezig zijn, de test kan dus slechts beperkt geautomatiseerd worden.
- Methode A volgens ASTM D1238 heeft een meetbereik van ongeveer 0,15 g/10 min tot ongeveer 50 g/10 min. De beperking vloeit voort uit de vereiste het extrudaat met regelmatige intervallen af te snijden.
ASTM D1238 methode B: MVR meting
- Bij MVR metingen volgens methode B uit ASTM D1238 wordt het geëxtrudeerde volume van de polymeersmelt bepaald met regelmatige tijds- of afstandsintervallen. De methode kan visueel gecontroleerd worden via de markeringen op de zuiger, of meestal met een verplaatsingsmeting van de zuiger en een klok. Zo kan het volume precies bepaald worden, zelfs bij materialen met hoge vloeisnelheid.
- Net zoals bij methode A wordt een genormeerde matrijs gebruikt, 8 mm hoog en voorzien van een boring met diameter 2,095 mm. Ook het startpunt van de meting is identiek met methode A.
- De test wordt gestuurd op basis van de verplaatsing. Voor MFR waarden tot 10 g/10 min worden de metingen uitgevoerd over een zuigerverplaatsing van 6,35 mm. Hogere MFR waarden worden gemeten met een zuigerslag van 25,4 mm of 1 inch.
- Het MVR resultaat is het geëxtrudeerde volume materiaal per tijdseenheid. Dit wordt weergegeven in cm³/10 min en wordt berekend uit de afstand die de zuiger aflegt per tijdseenheid.
- Wanneer het materiaal smelt met een homogene densiteitsverdeling, kan deze gebruikt worden om MVR waarden om te zetten naar MFR waarden.
- Een significant voordeel van deze methode is het wegvallen van het mechanisch afsnijden. De volledige testprocedure kan worden afgewerkt zonder enige invloed van de bediener.
- Methode B heeft een aanzienlijk groter meetbereik dat volgens ASTM D1238 reikt van 0,5 g/10 min tot ongeveer 1500 g/10min. Extrusieplastometers van hoge kwaliteit kunnen echter meten in een nog breder bereik met goede reproduceerbaarheid.
- Met extrusieplastometers die voorzien zijn van een verplaatsingssensor en en automatische gewichtenlift kan het testverloop meer geautomatiseerd worden. Er hoeft enkel een doelwaarde ingegeven te worden voor de MFR of MVR waarde.
ASTM D1238 methode C: MVR met gehalveerde matrijsafmetingen
Methode C volgens ASTM D1238 is een variant van methode B, waarbij een matrijs met halve hoogte en halve diameter gebruikt wordt.
- De meting wordt gestart na 7 minuten voorverwarmen en bij een zuigerpositie van 50 mm boven de matrijs. De MVR waarde wordt gemeten met een zuigerinterval van 25,4 mm.
- Deze methode wordt gebruikt voor polyolefines met een MFR waarde hoger dan 75 g/10 min. Dankzij de matrijs met gehalveerde afmetingen, blijft de afschuifspanning in de polymeersmelt gelijk. De MVR waarde wordt echter met een factor 4 verkleind, waardoor ze makkelijker te meten wordt.
ASTM D1238 methode D: test met meerdere gewichten, FRR
De flow rate ratio, FRR, is het quotiënt van MFR metingen met twee verschillende gewichten.
- De metingen worden gewoonlijk uitgevoerd op dezelfde vulling van het extrusiekanaal.
- Na de voorverwarmfase van 7 minuten wordt het testverloop gestart met het eerste testgewicht bij een zuigerpositie van 46 mm.
- Zodra de eerste meting is afgelopen, worden de testgewichten gewisseld en begint, na een korte stabilisatiefase, de volgende MFR meting.
- Twee of meer testgewichten kunnen toegepast worden tijdens één meting, in stijgende of dalende volgorde.
- De ZwickRoell AFlow extrusieplastometer wordt vaak gebruikt voor deze toepassing. Met dit toestel zijn metingen mogelijk in stijgende of dalende volgorde van testgewichten, en worden de testgewichten impactvrij gewisseld met krachtsturing. Hierdoor treden geen effecten van massa-acceleratie op zoals bij toestellen met dode gewichten.
Nieuwe mogelijkheden in ASTM D1238:2023
De laatste versie van de norm ASTM D1238 werd gepubliceerd in februari 2023 en laat het gebruik toe van commercieel beschikbare extrusieplastometers waarbij de belasting uitgeoefend wordt met een krachtgestuurde aandrijving in plaats van dode gewichten. Deze krachtgestuurde extrusieplastometers, zoals de ZwickRoell Aflow, bieden aanzienlijk betere stuurmogelijkheden voor methoden A, B en C tijdens de voorverwarmfase, het meetproces en de creatie van tests met meerdere gewichten volgens methode D.
Vereisten aan de test en de testuitrusting
Hoge herhaalbaarheid en reproduceerbaarheid
In een vergelijkende ASTM round robin test werden krachtgestuurde extrusieplastometers vergeleken met klassieke toestellen met dode gewichten. De krachtgestuurde toestellen vertoonden een goede conformiteit van de gemiddelde MFR waarden en presteerden beter dan klassieke toestellen met dode gewichten op vlak van herhaalbaarheid en reproduceerbaarheid van de MFR waarden.
Complexe specificatie voor teststuring
De bepaling van melt volume flow rates (MVR) of melt mass flow rates (MFR) op verschillende polymeren en polymeertypes vormt in het testlab vaak een complexe taak voor de labomanagers. Ze moeten niet enkel weten met welk gewicht en welke temperatuur elk polymeer gemeten moet worden om conform te zijn aan ASTM D1238, maar ook het vereiste volume kennen en de voorverwarmfase sturen zodat de meting van de melt flow rates exact start in het toegestane venster van 7 ± 0,5 minuten bij een zuigerhoogte van 46 ± 2 millimeter. Daarnaast worden correcties door purgeren, d.i. het uitoefenen van een groter gewicht dan het testgewicht, slechts toegestaan tot 2 minuten voorafgaand aan het begin van de meetfase. Daardoor worden deze correcties moeilijk om manueel te implementeren.
AFlow extrusieplastometer voor normconform testen volgens ASTM D1238
Aflow - voeg simpelweg het materiaal toe en start
- De algemene werkwijze van krachtgestuurde extrusieplastometers zoals de ZwickRoell Aflow is gelijkaardig aan een capillaire reometer, en biedt een aanzienlijk breder gamma sturingsopties.
- Laboratoriumpersoneel kan bijvoorbeeld afspreken een samplegewicht van 5 g te nemen voor alle MFR waarden boven 1 g/10 min. In vele gevallen kan het volume materiaal eenvoudig uit een container genomen worden met het juiste schepje.
- Het instrument detecteert het vulniveau in het kanaal aan het begin van de test en kan de grootte-orde van de melt volume flow rate van het polymeer al vroeg in de voorverwarmtijd meten. Op basis van deze continu beschikbare informatie berekent het toestel voortdurend de ideale positie volgens ASTM D1238 van waaraf de zuiger vrij moet bewegen onder testlast om het doelvenster bij de start van de test te bereiken. Met de actuele vloeisnelheid vlak voor het doelvenster bepaalt de Aflow bij welke zuigerverplaatsing de meting volgens de norm moet gebeuren.
- Voor de operatoren betekent dit dat ze simpelweg 5 g materiaal in het extrusiekanaal moeten vullen, de test starten en erop vertrouwen dat de test volgens norm verloopt met de optimale testparameters. De laboratoriummanager hoeft niet langer een lijst met de noodzakelijke parameters bij te houden voor elk polymeer en kan er vanuit gaan dat de operatoren de test correct uitvoeren. Ook voor de auditeur is dit voordelig. Zij hoeven niet langer in vraag te stellen hoe het lab verzekert dat elke meting op elk polymeer correct verloopt.
Eenvoudig testen volgens ASTM D1238 met testXpert
De testXpert testsoftware maakt melt flow tests volgens ASTM D1238 eenvoudig, ondanks de vele parameters uit de norm.
- Het standaard testprogramma volgens ASTM D1238 bevat de specificaties uit de norm. Zo test u 100% normconform zonder zorgen.
- testXpert begeleidt u stap voor stap doorheen de test, waardoor de opleiding van nieuwe medewerkers snel en makkelijk gaat. Met ons gebruikersbeheer ziet u enkel de taken die relevant zijn voor uw verantwoordelijkheden.
- De analytische weegschaal stuurt het gewicht van de individuele extrudaten door naar testXpert, zonder fouten.
- Via het testgegevensbeheer in testXpert Analytics heeft u de mogelijkheid waarden te evalueren over de toepassingen heen. Zet flow rates, MVR en MFR waarden volgens ASTM D1238 uit tegen andere waarden, zoals bijvoorbeeld de trekmodulus, buigmodulus, treksterkte of kerfslagwaarde.
- De eenvoudige evaluatiemogelijkheden op lange termijn van onze trendanalyse herkennen afwijkingen ten opzichte van de kwaliteitsspecificaties en ondersteunen u bij het optimaliseren van uw processen.
ASTM D1238 vs. ISO 1133
De methoden voor melt flow tests volgens ASTM D1238 en ISO 1133 op thermoplasten zijn gelijkwaardig maar niet identiek. Sommige aspecten zijn verschillend, vooral op gebied van de testprocedure.
- Voor sommige polymeren zijn verschillende testtemperaturen en testgewichten vastgelegd in ASTM D1238 en ISO
- Het aanbevolen volume polymeer is licht verschillend. Volgens ASTM D1238 bedraagt dit 5 g.
- In ASTM D1238 is de duur van de voorverwarmfase (tijd tussen het toevoegen van het polymeer en de start van de test) vastgelegd op 7±0,5 minuten met zeer strikte toleranties. In ISO 1133-1 duurt het voorverwarmen minstens 5 minuten, maar het kan ook aanzienlijk langer.
- Het startpunt van de test ligt volgens ASTM D1238 bij een zuigerpositie van 46±2 mm boven de matrijs. In de ISO normen is dit 50 mm.
- Terwijl ASTM D1238 een nauw tijdsverloop beschrijft voor het testen van alle polymeertypes, worden polymeren die gevoelig zijn aan verblijfsduur, temperatuur en/of vochtigheid beschreven in een afzonderlijke norm ISO 1133-2.
- ASTM D1238 legt heel precies vast bij welke zuigerverplaatsing of bij welk sectie-interval gemeten moet worden in functie van de MFR of MVR waarde. ISO 1133-1 laat de keuze voor geschikte sectie- of meetintervallen voor de test grotendeels over aan de gebruiker.
ASTM D3364: MFR en MVR meting op PVC
ASTM D3364 – metingen op PVC met onstabiele flow rates
- Deze methode is een uitbreiding op ASTM D1238 en wordt gebruikt voor het meten van MFR waarden en de instabiliteit van PVC compounds.
- In de standaardconfiguratie worden metingen uitgevoerd bij een temperatuur van 175 °C en een belasting van 20 kg. Voor hard PVC kan het voordelig zijn een grotere testlast te gebruiken tot ongeveer 50 kg. Halfhard zacht PVC wordt ook gemeten bij 150 °C / 50 kg.
- De matrijs is 25,43 mm (1 inch) lang en heeft, zoals de standaard matrijs, een boring met diameter 2,095 mm voorzien van een conische inlaat.
- In vergelijking met de standaard versie zorgt deze matrijs ongeveer voor een 10-voudige reductie in MVR.
- Het vulvolume is 2,15 g en moet precies aangehouden worden.
- De MFR waarden worden berekend in mg/min, de instabiliteit van het gesmolten materiaal in %.
- Met deze testmethode volgens ASTM D3364 worden instabiliteiten veroorzaakt door temperatuureffecten, afschuiving met breuk van polymeerkettingen of reologische effecten zoals ongelijke verdeling van viscositeit of moleculair gewicht gedetecteerd.
Testvereisten voor MFR metingen op PET
Speciale voorzorgen moeten genomen worden bij MFR metingen op PET:
- Vooreerst moet het PET voldoende gedroogd worden en in de droge toestand in het extrusiekanaal gevuld worden.
- Een optioneel stikstofdeken voorkomt rechtstreeks contact tussen het materiaal en de omgevingslucht.
- Volgens ASTM D1238 moet de test uitgevoerd worden met precies gedefinieerde tijdsintervallen die geregistreerd worden door onze testXpert testsoftware.
Intrinsieke viscositeit: Correlatie van IV waarden met de MFR waarde voor lineaire PET
Het moleculair gewicht van polyethyleen tereftalaat (PET) wordt gewoonlijk uitgedrukt met de intrinsieke viscositeit. Dit is de IV waarde in dl/g. Hoe langer de polymeerkettingen, hoe hoger deze waarde. Dit maakt het mogelijk moleculaire kettingen aan te tonen en hoe ze ontstaan wanneer de vochtigheid te hoog is tijdens het smeltproces.
Het nadeel aan deze methode is dat recyclers van PET vaak niet uitgerust zijn voor de omgang met corrosieve of toxische solventen. Verder stelt de lange duur van de test een praktisch probleem. Daarom wordt de meting van de melt mass Flow Rate (MFR) met conversie door correlatie in de praktijk al gebruikt sinds het begin van de jaren 1990.
Als de Mflow en Aflow extrusieplastometers gestuurd worden via de testXpert testsoftware, kan de correlatie tussen de IV waarden en de MFR bepaald worden door het uitvoeren van geschikte voorafgaande metingen en de toepassing ervan in de volgende metingen.
Vaak gestelde vragen over ASTM D1238
ASTM D1238 beschrijft de bepaling van de melt flow rate (melt mass-flow rate (MFR), melt volume-flow rate (MVR) en flow rate ratio (FRR)) op een ongevulde of gevulde gesmolten thermoplastische massa.
De nieuwste versie van ASTM D1238 uit februari , 2023 ondersteunt het gebruik van krachtgestuurde extrusieplastometers voor de bepaling van MFR en MVR waarden naast de traditionele toestellen met gewichten. Met deze ASTM D1238 update maakt de norm nieuwe sturingsmethoden mogelijk, in het bijzonder tijdens de voorverwarmperiode van het testverloop. Het testverloop kan geautomatiseerd worden voor een breed MVR-bereik, waardoor personeel ontlast wordt van het invoeren van de correcte testparameters. Dit maakt het werk in het lab efficiënter en verzekert reproduceerbaarheid van uw tests met verschillende toestellen op verschillende locaties, met verschillende operatoren.
De normen ASTM D1238 en ISO 1133 verschillen op sommige vlakken wat betreft de testprocedure, zoals:
- Testtemperatuur en testgewicht
- Aanbevolen volume polymeer
- Duur van de voorverwarmfase
- Startpunt van de test
- Bepaling van het extrudaat en meetintervallen